3. Grondslagen voor consolidatie
- Index
- 1 1. Grondslagen van verslaggeving
- 2 2. Waarderingsbasis en presentatie
- 3 3. Grondslagen voor consolidatie
- 4 4. Vreemde valuta
- 5 5. Overheidssubsidies
3.1. Consolidatiekring
3.1.1. Algemeen
De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële staten van de Onderneming en van:
- entiteiten waarover de Onderneming zeggenschap heeft (inclusief via haar dochterondernemingen) en die aldus worden beschouwd als dochterondernemingen (zie 3.1.2 hieronder);
- overeenkomsten waarover de Onderneming (inclusief via haar dochterondernemingen) gezamenlijke zeggenschap uitoefent, en die worden beschouwd als gezamenlijke bedrijfsactiviteiten (zie 3.1.3 hieronder);
- overeenkomsten waarover de Onderneming (inclusief via haar dochterondernemingen) gezamenlijke zeggenschap uitoefent, en die worden beschouwd als joint ventures (zie 3.1.4 hieronder);
- entiteiten waarover de Onderneming (ook via haar dochterondernemingen) invloed van betekenis heeft en die aldus worden beschouwd als geassocieerde deelnemingen (zie 3.1.4 hieronder).
Waar nodig worden aanpassingen aangebracht aan de jaarrekeningen van deelnemingen om hun grondslagen voor financiële verslaggeving te laten overeenstemmen met die van de Groep.
In overeenstemming met het materialiteitsprincipe zijn een aantal niet-significante entiteiten niet opgenomen in de consolidatiekring. Met niet-significant worden de entiteiten bedoeld die gedurende twee opeenvolgende jaren geen van de drie volgende drempels overschrijden voor bijdrage tot de jaarrekening van de Groep:
- € 30 miljoen omzet;
- een balanstotaal van € 15 miljoen;
- 150 personeelsleden.
Toch kunnen bedrijven die niet aan deze criteria voldoen alsnog geconsolideerd worden, indien de Groep oordeelt dat ze het potentieel hebben om zich snel te ontwikkelen, of als ze een aandeel hebben in bedrijven die op grond van dezelfde criteria zijn geconsolideerd.
De niet-geconsolideerde bedrijven hebben samen een niet-materiële impact op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.
De volledige lijst van bedrijven is ingediend bij de Nationale Bank van België als bijlage bij het jaarverslag en kan verkregen worden in het hoofdkantoor van de Onderneming.
3.1.2. Investeringen in dochterondernemingen
Een dochteronderneming is een entiteit waarover de Groep zeggenschap heeft. We spreken van zeggenschap wanneer de Groep (a) de macht over een entiteit heeft, (b) blootgesteld is aan, of recht heeft op, variabele opbrengsten vanwege de betrokkenheid bij de entiteit, en (c) het vermogen heeft om de macht over de entiteit aan te wenden om het rendement voor de belegger te beïnvloeden. Om te bepalen of de Groep al dan niet zeggenschap heeft, worden de potentiële stemrechten in overweging genomen. Dochterondernemingen worden volledig geconsolideerd. Het resultaat van dochterondernemingen die gedurende het jaar zijn overgenomen of afgestoten wordt in de geconsolideerde winst-en verliesrekening opgenomen vanaf de effectieve overnamedatum en tot de effectieve vervreemdingsdatum.
Intragroepsverrichtingen, -saldi, -opbrengsten en -kosten worden geëlimineerd bij de consolidatie.
Minderheidsbelangen in dochterondernemingen worden afzonderlijk voorgesteld naast het eigen vermogen van de Groep. Minderheidsbelangen worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde ('full goodwill'-methode) of overeenkomstig hun aandeel in de reële waarde van de opgenomen identificeerbare nettoactiva ('proportionele goodwil'-methode). De keuze voor de waardering wordt van geval tot geval gemaakt. Na de overname is de boekwaarde van minderheidsbelangen gelijk aan de waarde van deze belangen bij de eerste opname plus het aandeel van de minderheidsbelangen in daarop volgende mutaties in het eigen vermogen. Het totaalresultaat wordt aan de minderheidsbelangen toegewezen, zelfs als dit een negatief saldo als gevolg heeft.
Wijzigingen in het eigendomsbelang van de Groep in een dochteronderneming die niet tot een verlies van zeggenschap leiden, worden behandeld als eigenvermogenstransacties. De boekwaarde van de belangen van de Groep en de minderheidsbelangen worden derhalve aangepast om de nieuwe proportionele belangen in de dochteronderneming te weerspiegelen. Elk eventueel verschil tussen het bedrag waarmee de minderheidsbelangen worden aangepast en de reële waarde van de betaalde of ontvangen vergoeding, wordt rechtstreeks in het eigen vermogen opgenomen.
Wanneer de Groep de zeggenschap verliest over een dochteronderneming, wordt de winst of het verlies bij vervreemding berekend als het verschil tussen (i) de som van de reële waarde van de ontvangen vergoeding en de reële waarde van enig aangehouden belang en (ii) de voorheen opgenomen boekwaarden van de activa (met inbegrip van goodwill) en de passiva van de dochteronderneming en de eventuele minderheidsbelangen. Bedragen die voorheen opgenomen waren in andere elementen van het totaalresultaat met betrekking tot de dochteronderneming worden op dezelfde manier opgenomen (d.i. herclassificatie naar winst of verlies of rechtstreeks naar de ingehouden winsten) als wanneer de betreffende activa of passiva zouden worden vervreemd. De reële waarde van elke in de voormalige dochteronderneming aangehouden investering op datum van verlies van zeggenschap, wordt beschouwd als de reële waarde bij eerste opname voor de daaropvolgende boekhoudkundige verwerking onder IAS 39 Financiële instrumenten: Opname en waardering of, in voorkomend geval, de kostprijs bij eerste opname van een investering in een geassocieerde deelneming of een joint venture in overeenstemming met IAS 28 Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures.
3.1.3. Deelnemingen in gezamenlijke bedrijfsactiviteiten
Een gezamenlijke bedrijfsactiviteit is een gezamenlijke overeenkomst waarbij de partijen die een gezamenlijke zeggenschap over deze overeenkomst hebben, rechten hebben op de activa en aansprakelijk zijn voor de verplichtingen die verband houden met de overeenkomst. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel afgesproken delen van de zeggenschap over een overeenkomst waarvan slechts sprake is wanneer besluiten over de relevante activiteiten unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen. De Groep neemt in de geconsolideerde jaarrekening het aandeel in de activa, verplichtingen, opbrengsten en uitgaven van de gezamenlijke bedrijfsactiviteit op in verhouding tot het eigendomsbelang in de gezamenlijke bedrijfsactiviteiten.
3.1.4. Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures
Een geassocieerde deelneming is een entiteit waarin de Groep een invloed van betekenis heeft en die geen dochteronderneming, noch een belang in een gezamenlijke overeenkomst is. Invloed van betekenis is de macht om deel te nemen aan de financiële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, maar houdt geen zeggenschap of gezamenlijke zeggenschap over het betreffende beleid in.
Een joint venture is een gezamenlijke overeenkomst waarbij de partijen die een gezamenlijke zeggenschap over deze overeenkomst hebben, recht hebben op de nettoactiva van de overeenkomst. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel afgesproken delen van de zeggenschap over een overeenkomst waarvan slechts sprake is wanneer besluiten over de relevante activiteiten unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen.
Het resultaat, de activa en passiva van geassocieerde deelnemingen en joint ventures worden in deze geconsolideerde jaarrekening opgenomen door gebruik te maken van de equity-methode, tenzij de deelneming wordt aangehouden voor verkoop, in welk geval deze in overeenstemming met IFRS 5 Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten wordt verwerkt. Volgens de equity-methode worden geassocieerde deelnemingen en joint ventures initieel tegen kostprijs opgenomen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie, en nadien wordt deze boekwaarde aangepast aan wijzigingen van het aandeel van de Groep in de nettoactiva van de geassocieerde deelneming of joint venture na de overname, minus eventuele bijzondere waardeverminderingen op de individuele deelneming. Verliezen van een geassocieerde deelneming of joint venture die het belang van de Groep in deze deelneming overschrijden (met inbegrip van langetermijnbelangen die in wezen deel uitmaken van de netto-investering van de Groep in de geassocieerde deelneming of joint venture) worden enkel opgenomen in de mate dat de Groep wettelijke of feitelijke verplichtingen heeft aangegaan of betalingen heeft gedaan ten behoeve van de geassocieerde deelneming of joint venture.
Het surplus van de kostprijs van de investering over het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, en (voorwaardelijke) verplichtingen van de geassocieerde deelneming of joint venture opgenomen op overnamedatum, wordt opgenomen als goodwill. De goodwill wordt opgenomen in de boekwaarde van de investering en wordt onderworpen aan testen voor bijzondere waardevermindering als onderdeel van deze investering.
Wanneer een entiteit van de Groep verrichtingen realiseert met een geassocieerde deelneming of joint venture van de Groep, dan worden de winsten en verliezen geëlimineerd ten belope van het belang van de Groep in de betreffende geassocieerde deelneming of joint venture.
3.1.5. Belangrijke wijzigingen in de consolidatiekring gedurende het voorgaande jaar
Op 16 maart 2016 maakten Solvay en INEOS hun voornemen bekend om hun 50/50 chloorvinyl joint venture Inovyn eerder op te heffen dan aanvankelijk gepland. INEOS wordt dan de enige aandeelhouder. Solvay en INEOS creëerden Inovyn in juli 2015, met Solvay’s uitstap initieel voorzien in juli 2018. Op 31 maart 2016 maakten Solvay en INEOS bekend dat ze de bindende overeenkomst ondertekenden om hun chloorvinyl joint venture Inovyn te beëindigen, nadat ze hun plannen daarvoor bekend hadden gemaakt op 16 maart 2016. Op 7 juli 2016, ingevolge de afronding van de transactie, ontving Solvay een betaling van € 335 miljoen en werd INEOS de enige aandeelhouder van Inovyn. De uitstap uit de joint venture werd afgerond nadat goedkeuring van de toezichthoudende instanties was verkregen. In 2017 betaalde Solvay een totale prijsaanpassing van ongeveer € 80 miljoen.
Op 2 mei 2016 ondertekende Solvay een overeenkomst met Unipar Carbocloro voor de verkoop van zijn aandelenbelang in Solvay Indupa. Tijdens het derde kwartaal van 2016 werd de reële waarde min verkoopkosten aangepast, teneinde de impact van de verslechterde bedrijfsomgeving op de transactie weer te geven. Een bijzonder waardeverminderingsverlies ten bedrage van € 63 miljoen werd opgenomen in 2016. Op 7 december 2016 verkreeg Solvay de goedkeuring van de Braziliaanse mededingingsautoriteit CADE voor de overeengekomen verkoop van zijn aandeel van 70,59% in Solvay Indupa aan de Braziliaanse chemiegroep Unipar Carbocloro. De transactie werd afgerond op 27 december 2016, voor een totale ondernemingswaarde van USD 202,2 miljoen.
Op 19 mei 2016 ondertekenden Solvay en Eastman Chemical Company een definitieve overeenkomst om hun joint venture Primester voor de productie van celluloseacetaat te beëindigen. Solvay verwerft daarbij het aandeel van Eastman van 50% in de Amerikaanse fabriek en wordt zo de volledige eigenaar. Na de transactie levert Eastman de basisdiensten en grondstoffen op lange termijn voor de fabriek in Kingsport, Tennessee. De transactie werd afgerond op 2 juni 2016.
Op 7 december 2016 bereikte Solvay een overeenkomst inzake de verkoop van haar activiteiten op het gebied van cellulose-acetaatkabels, Acetow, aan private equity-fondsen beheerd door Blackstone (Zie hiervoor onder Voornaamste gebeurtenissen en belangrijkste wijzigingen in de consolidatiekring gedurende het jaar).
Op 14 december 2016 ondertekende Solvay een definitieve overeenkomst voor de verkoop van haar belang van 58,77% in haar Thaise dochteronderneming Vinythai PCL aan het Japanse bedrijf AGC Asahi Glass (AGC) en stapt daarmee uit zijn Aziatische polyvinylchloride (pvc)-activiteiten (Zie hiervoor onder Voornaamste gebeurtenissen en belangrijkste wijzigingen in de consolidatiekring gedurende het jaar).